Ik zuip en ik sjans. Ik ren en ik dans.
Ik kijk en ik zoek naar de glans.
En ik leef. En ik leef. En ik ga voor mijn kans.
Ik voel en ik proef. Ik race en ik zoef.
Ik draai als de naald in de groef.
En ik bluf. En ik bluf. En ik gok op mijn troef.
Ik neem de sprong. Om mijn leven te kleuren.
Het moet gaan gebeuren. Dus neem ik de sprong.
Ik pak en ik graai. Ik oogst wat ik zaai.
Ik loer en ik jaag als een haai.
En ik neem. En ik neem. En ik vraag om lawaai.
Ik neem de sprong. Om mijn leven te kleuren.
Het moet gaan gebeuren. Dus neem ik de sprong.
Neem ik de sprong. Neem ik de sprong.
Ik ben maar een mens. Ik wil het intens.
Ik reis en ik leef zonder grens.
En ik spring. En ik spring. En ik grijp naar mijn wens.
Ik neem de sprong. Om mijn leven te kleuren.
Het moet gaan gebeuren.
De sprong (de sprong).
De sprong (de sprong).
Ik neem ik de sprong.