Onze ogen konden kijken
sinds het licht ons land bescheen
maar na het breken van de dijken
ging men denken naar ik meen
zolang golven overheersen
wars van droogte en van tij
zo kan ik niet overleven
in gewone zekerheid
Refrein:
Laat het water mij maar dreigen
laat het me grijpen naar de keel
alleen voor ons wij watermensen
wordt het water nooit teveel
en als 't water ons zal krijgen
heeft 't lang genoeg geduurd
dan worden wij die watermensen
naar een hoger plan gestuurd
tussen de zilvergrijze aderen
leef ik in mijn waterland
ik kan strijden, ik kan varen
en zet de zeeen naar mijn hand
onbedwingbaar is te woede
en het vloeibare geweld
je zal vechten, je zal boeden
watermens, mijn held
laat het water mij maar dreigen
laat het me grijpen naar de keel
alleen voor ons wij watermensen,
wordt het water nooit teveel